Vakantie Schotland 2006.

 

 

Woensdag 13 september.

Rustig aan opgestaan, gedouched, sinasappels en mandarijnen uitgeperst, afgetankt, auto nog even weggebracht, waterhuishouding in de tuin geregeld en dan maar vertrekken, ongeveer kwart voor tien. We hadden besloten om dezelfde route te rijden als vorig jaar, hij beviel goed en de drukke punten vermijdend toch op de plaats van bestemming aankomen. Halverwege de dijk Lelystad – Enkhuizen weer koffie gedronken. En het zag er naar uit dat we weer veel te vroeg aan zouden komen.

Op “ons” bankje aan de ringvaart heerlijke broodjes gegeten en van de waterkipjes genoten die zowaar een rat de stuipen op het lijf joegen.

Na het pondje over het Noordzeekanaal Oud-Velzen ingereden om nog maar een bakkie te doen, we waren best wel moe, vooral van de zon en wat cafeïne zou ons wel goed doen.

 

Toen we bij de boot aankwamen konden we al heel snel inchecken en om kwart over vijf reden we de boot op. Via allerlei hellende vlakken kwamen we in een lange gang waar alle motoren achter elkaar in de rij stonden, beter dan de vorige keer toen ze allemaal op een hoop stonden en je er niet meer tussendoor kon.

 

 

We hadden een hut op dek 9, vrij hoog dus ook droog. De hut was een hokje van 2,5 bij 3,5 meter met een stapelbed, bank en klein tafeltje en een badkamertje met toilet, douche en wastafel. Na een kop engelse thee en later een borrel gedronken te hebben, ook nog een stukje reisverslag geschreven. Daarna gingen we lekker slapen.

 

Donderdag 14 september.

Redelijk geslapen, ontbeten, een beetje op z’n engels, maar veel kan je niet echt verwachten op een Deens schip. De afrit van de boot ging goed alleen het weer viel tegen, temperatuur redelijk, maar erg mistig. Mist ging later gepaard met regen. Na ongeveer 30 km getankt, grond liep een tikkie schuin en de motor was niet op de handrem gezet dus….….linker remhandel gebroken plus de nodige krassen, balen, maar ja. Het werd steeds kouder en toen ik probeerde met mijn tanden een rits te dichten, brak er nog een stuk van mijn tand af ook.

Een stuk cultuur gedaan door Bamburgh Castle te bezoeken. Even later was Conny haar rechterspiegel losgetrild, dus moesten we even stoppen om het ding vast te draaien.

Toen we weer wilden wegrijden kreeg ik bij het contact aanzetten weer een …….foutmelding, F1. Starten, ho maar. Na veel mobiel gebel en verbroken verbindingen nog een keer geprobeerd en toen deed hij het weer. Na heel lang niks gezien te hebben werd het ineens wat lichter, we zagen zowaar de zee. Tijdens een uitstapje over een heel stijl weggetje moesten we door een riviertje, ik ging er door en zette de plof even aan de kant om te kijken of het goed ging met Connie.

Dat had ik nou niet moeten doen. Natuurlijk ging het goed met Connie, alleen niet met mijn plof die dus weer niet aan de praat te krijgen was! Na drie uur en voor 28 euro bellen kwam de RAC. Ja, en toen deed hij het gewoon weer natuurlijk….

 

We hadden goed de balen en doodmoe hebben we vlakbij Dunbar een B&B gezocht, in Dunbar lekker gegeten bij een Indisch restaurant, thuis nog een borrel gedronken en voor tien uur lagen we allebei te slapen.

 

Vrijdag 15 september.

Na heel veel geslapen te hebben een heerlijk engels ontbijt gegeten (of moet ik zeggen Schots ontbijt). Via een fraai uitstapje van de A1, langs de kust, kwamen we in Edinburgh, op zoek naar de Suzukidealer.

Wat een vreselijk grote stad is dat, wel heel veel groen en paleisachtige huizen. Midden tussen door elkaar en over elkaar lopende wegen vonden we de dealer. Vreselijk aardige mensen die ons direct wilde helpen, koffie gedronken en…. De computer say no….( little Brittain). Niets gevonden, dus kunnen niks doen…fingers crossed zei de monteur, dat het maar droog mag blijven.

 

Wij weer op stap, we hadden genoeg gezien van Edinburgh en na nog een 10 km waren we er weer uit…over een enorme brug, waar wij geen tol hoefden te betalen (die naast de beroemde Fourth Bridge ligt) waren we Edinburgh uit.

 

Eerst door wat industrie, een zwaar bewaakt opleidingskamp voor militairen en erg drukke wegen. Daarna begon het echte genieten. Geen spectaculaire haarspelden, nee gewoon rustige bochten door een schitterende natuur met prachtige uitzichten. We zitten nu in Crieff, vlakbij Perth, in een hotel. Morgen gaan we weer noordwaarts en we zien wel waar we uitkomen.

 

Zaterdag 16 september.

Het is nu al maandag, dus in mijn geheugen graven, niet zo diep dus.

Een geweldige dag, ’s morgens nog wel fris, maar het beloofde mooi te worden en dat werd het. Maar liefst 340 km gereden, maar elke km was een feest. Prachtig weer, over de Highlands met z’n pracht aan natuur en het heerlijke asfalt, passing places en schapen.

 

Uiteindelijk kwamen we in Golspie waar we niet in the Mill House konden slapen want dat was geen B&B meer. Wel ergens anders in Golspie, waarna we nog een wandeling naar de waterval achter het mill house hebben gemaakt.

Vervolgens zijn we naar Dunrobin Castle gereden, het paadje achterlangs afgelopen naar het strand om onze keienverzameling  aan te vullen. We misten nog wat mooie stenen voor langs de vijver en het watervalletje in onze tuin.

 

Zondag 17 september.

We moesten tanken en na 15 km was er een tankstation dat ik op de kaart had gezien….maar het is zondag en dan zijn de dorpjes dicht, dus terug want naar Ullapool was te ver en ik had de vorige dag een Shell station gezien en die zou toch wel open zijn? Ja dus. De route iets verlegd waardoor we een stuk van de vorige dag in omgekeerde richting reden maar het was nog steeds prachtig.

De oversteek naar de westkust was weer genieten van al het moois. In die contreien verder naar het zuiden rij je bijna altijd langs water, is het geen loch, dan toch wel een rivier of gewoon de oceaan.

Na Ullapool via een stuk binnenland naar ons kasteel, Eilean Donan Castle.

 

 

 

 

 

 

Toen we er negen jaar geleden waren was er alleen het kasteel, de brug en een eenzame Schot in kilt die doedelzak speelde.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Nu: zeer nette aangelegde parkeerplaatsen, een giftshop, restaurant, kaartjes verkooploket vóór de brug (je kon zonder kaartje de brug al niet eens meer op). Jammer maar helaas, we zijn dus maar snel na wat foto’s gemaakt te hebben weer doorgereden.

Het weer was ook niet zo best en uit angst dat ik weer die foutmelding zou krijgen, durfde ik niet te stoppen anders dan vlakbij een B&B. Ik durfde bij het kasteel wel te stoppen want dan konden we in het dorp wel een B&B vinden. Dat stoppen gebeurde uiteindelijk pas in Fort William, waar een B&B een enorm hotel met 52 kamers bleek te zijn. (allemaal nieuwbouw aan de achterkant van het mooie front). Moe en voldaan zijn we lekker vroeg gaan slapen.

 

Maandag 18 september.

Het ontbijt was toch redelijk goed en in zo’n hotel zie wel méér mensen dan in een B&B. Zoals dat stel dat helemaal aan het eind van een schiereiland een lekke band kreeg met hun motor. Hij kreeg gelukkig van een stel Britse motorrijders een lift terug naar Inverness voor een nieuwe band, sneu hoor. Om negen uur zaten we weer op de ploffen en reden langs de kust naar het zuiden. Het was koud maar droog en de zon kwam zelfs regelmatig door.

De afwisseling van natuur met de zee, de bossen de vlaktes en de smalle (passing place) weggetjes waar we niks tegenkwamen behalve een héle brede vuilnisauto, die overigens netjes voor ons stopte en iets achteruitreed (waarom doen bijna àlle Britten dat wel en snappen die stomme Hollanders niet dat bijna geen enkele motor een achteruit heeft!).

 

 

 

Prachtig, wat een land! Tegen de tijd dat we ten westen van Glasgow op de boot gingen begon het te regenen. De boottocht was een belevenis, het waaide best hard en de boot stampte lekker tegen de golven in.

 

Na de boot een B&B gezocht, maar het leek wel of men er òf te arm òf te rijk voor was. Sloppenwijken en luxekastelen wisselden elkaar af. Pas in Largs vonden we een heerlijk B&B met uitzicht over de zee. In het dorp bij een heel apart restaurant gegeten, nog nooit zoveel lamsvlees in een keer op mijn bord gehad en het was heerlijk.

We waren daar naartoe gereden in hoosbui als een waterval, want regen kon je dat niet meer noemen en het zou vannacht weer flink tekeer gaan. Morgen hopelijk wat beter.

 

Dinsdag 19 september.

Dat belooft wat, twee keer wakker geworden van de verschrikkelijke stortbuien, wat kan het hier hozen, en dan die lekkere wind er bij.

Heerlijk genoeglijk ontbeten, temidden van echt antiek en aan een prachtig luxueus gedekte tafel, uitstekend verzorgd door een van de heren des huizes. De garage was inmiddels al opengezet. (Conny haar motor had binnen mogen staan.)

We hadden de zon al even gezien, maar er was ook regen gevallen, dus spannend wat het zou worden. Het eerste stuk van de route was geen succes. Continu door de stad en dat werd dan afgewisseld door snelweg. Na zo’n 40 km eindelijk de stad uit. Met de bebouwing verdwenen ook de buien en uiteindelijk werd het weer een prachtige tocht door zuid west Schotland.

Het weer was goed maar wel koud, de temperatuur kwam niet boven de 15 graden.

Ik had trouwens een truc gevonden die foutmelding op de motor te ontwijken. Voor hij klaar is met scannen, je ziet dan alle lampjes aan en uitgaan en de teller floept heen en weer, de motor starten, dan komt hij niet aan die foutmelding toe. Uitgeprobeerd en het werkte. Geen zorgen dus voorlopig.

 

Boven Carlisle zo’n brede tweebaansweg, een soort van 2 ½ baansweg waar je met de motor makkelijk kon inhalen alleen één tegenligger kon dat niet hebben en reed Conny bijna van de sokken. Wat een klojo! Midden in Brampton een B&B gevonden, het leek van buiten nogal een ouwe troep maar het bleek meer een geval van arme adel te zijn! We kregen een hele grote kamer met alles er op en aan, leuk ingericht en schoon.

We hebben lekker nog even door het dorp gewandeld, boodschappen gedaan en daarna hebben we lekker op de kamer wat fruit, nootjes en chocola gegeten en onder het genot van een Engels biertje wat geleuterd.

Morgen langs B&D (onze vrienden Barbara en David), de slager (voorraad bacon en sausages inslaan) en dan maar weer naar de boot.

 

 

Woensdag 20 september.

Vandaag hebben we alle tijd, nog 100 km naar de boot en daar hoeven we pas om half vijf te zijn. Half negen ontbeten, zeer goed en verzorgd door een excentrieke dame die in de keuken klassieke muziek aan had staan wat samen met het interieur voor een aparte sfeer zorgde. Weer een B&B om naar terug te gaan.

Half tien stapten we weer op de ploffen en al snel sloegen we van de doorgaande weg af om  spannende weggetjes te rijden, zo van: als er nu maar geen tegenligger komt want de weg is hier wel erg smal! Lekker slingerend door het engelse landschap waren we ineens vlak bij Barbara en David. Even langs geweest maar hun huis werd helemaal opgeknapt en ze waren zelf met vakantie. Een taartje en een briefje achtergelaten, nog even naar hun nieuwe keuken gegluurd en toen maar weer verder naar de slager in Corbridge. Koffie gedronken, dat wil zeggen Conny thee en ik een cappu. Via nog wat hele fraaie weggetjes naar de boot. Midden in Newcastle is me het ergste overkomen wat je op de Engelse wegen kunt doen, een rotonde de verkeerde kant op genomen…..het ging gelukkig goed, maar Conny schrok zich wezenloos toen ze zag wat ik ging doen. Uiteindelijk in het winkelcentrum vlak voor de boot nog wat gedronken, een poos geleuterd met een stel Nederlandse motorrijders en toen toch maar naar de boot. Tot onze verbazing konden we gelijk inchecken en hebben we vanaf dek 10 later alle andere auto’s en motoren de boot op zien rijden.

We hebben een heerlijk rustig punt op de boot ontdekt waar je uitzicht hebt over zee naar voren toe en waar bijna niemand zit. Tot het echt donker werd daar gezeten en nu nog met een borrel wat lezen en schrijven straks maar gaan slapen, voor het laatst in een vreemd bed.

 

Donderdag 21 september

 

De terugreis verliep niet zo vlekkeloos vandaar dat deze niet direct is opgeschreven en we geen van beiden nu (29 november!) meer weten hoe het precies ging. Toch moet er iets op papier komen dus volgt hier de reconstructie poging:

 

Zelfde weg teruggereden als op de heenreis. D

Dat wil zeggen, tot een tankstation in Enkhuizen, vlak bij de dijk. Wat doe je als je gaat tanken? Juist, je zet je motor af. En toen wilde hij niet meer starten dus. ANWB gebeld die razendsnel na ongeveer 1 ½ uur (!) ter plekke was en natuurlijk ook niet wist wat een foutmelding F1 bij een Suzuki Burgman 650 betekend!

Ondertussen was de motor zeker weer een beetje uitgerust want hij startte weer gewoon. (we hadden het daarvoor al zeker 4 à 5 keer geprobeerd maar de motor wachtte netjes tot de ANWB er was). Van louter spanning en boosheid raakte ik echter bij het opstappen de rode knop en………*&&$#@!*(^$! Gelukkig was de ANWB-man met wegrijden nèt zo snel als met komen dus hij stond er nog en toen hebben we de motor achterop de takelwagen gezet (eerst de bagage wat verdeeld) en zijn we samen op Conny’s motor naar huis gereden. Gelukkig is dat allemaal goed gegaan want toen de motor voor een beurt werd gebracht bij de garage, bleek op sommige plaatsen het canvas al door de banden te zien te zijn! Oeps……dus daarom meende ze in sommige bochten wat te voelen glibberen…….

De foutmelding F1 bij de Burgman 650 bleek de sleutelherkenning te zijn die dus niet werkte. Suzuki heeft middels een terugroep aktie dit euvel verholpen.